Het verdrag van Parijs treedt in november in werking. Tot veler verrassing wellicht. Maar slechts weinigen overzien wat dit betekent. Om het ‘2-gradendoel’ te halen zijn polders vol met windmolens, alle daken vol met zonnepanelen en elke woning perfect geïsoleerd, niet voldoende. Onze redding ligt op de Noordzee. Daar kunnen we het verschil maken.
Om het 2-gradendoel te halen moeten er 25.000 windmolens op de Noordzee verrijzen Dat komt uit het ontwerpend onderzoek 2050- An Energetic Odyssey, dat de IABR samen met het Ministerie van Economische Zaken, diverse bedrijven en milieuorganisaties heeft opgezet en waarvan de resultaten werden getoond op de IABR 2016. Onderlegger was een backcast studie van Ecofys om volledig klimaatneutraal te zijn in 2050. Een verbeelding die laat zien dat het kan, 25.000 windmolens op de Noordzee, technisch, milieukundig en bedrijfsmatig.
Hiervoor kunnen we echter niet terugvallen op het oude overheidsmodel. Dit lukt alleen met een entrepreneurial state, een term gemunt door de Italiaanse econome Marianna Mazzucato. Haar historisch onderzoek wijst uit dat overheden een cruciale rol hadden in de ontwikkeling van internet en andere technologie. Alleen een overheid durft te investeren in onderzoek waarvan het hoogst onzeker is of het iets oplevert, maar waarvan de economische en maatschappelijke baten in potentie gigantisch zijn.
Mazzucato’s ideeën hebben de laatste tijd veel weerklank gevonden. Terecht, want haar inzichten zijn ook relevant om de ‘next economy’ vorm te geven; sociaal inclusief, economisch vitaal en gebaseerd op hernieuwbare energie. Dit geldt zeker voor de windmolens op de Noordzee, maar ook breder. Hoe zou zo’n ondernemende overheid er in de Nederlandse context uit moeten zien?
De nieuwe ondernemende overheid moet een langetermijnvisie definiëren en tegelijkertijd doelen voor de korte, middellange en lange termijn stellen zodat kan worden ingespeeld op toekomstige onzekerheden. Het bedrijfsleven heeft zowel de tussendoelen als de lange termijn doelen nodig om echt te kunnen investeren.
Het moet duidelijk zijn dat het doel – een radicaal CO2-uitstootvrije economie – onwrikbaar vaststaat, omdat het moeilijk is financiering te organiseren als een overheidsgarantie ontbreekt. Via institutionele mechanismen als een klimaatwet zal het vertrouwen moeten worden gegeven dat de enige mogelijke toekomstige correctie bestaat uit het verder aanscherpen van de doelen.
In het geval van de energietransitie zou het enorm helpen als er aan CO2-uitstoot een flink prijskaartje kwam te hangen, bijvoorbeeld via aanscherping van het ETS handelssysteem en via een (aanvullende) koolstofbelasting. Niet in de prijs doorberekende kosten gaan we dan voelen in ons gedrag. Dan bestaat natuurlijk het risico van ‘CO2-lekken’, waarbij bedrijven productie eenvoudigweg naar elders (buiten Europa) verplaatsen. Maar we moeten niet vergeten dat cruciale binnenlandse domeinen (bijvoorbeeld de gebouwde omgeving) zogenaamde ‘beschermde sectoren’ zijn, waarvoor dit risico niet geldt. Mensen verhuizen bijvoorbeeld niet naar het buitenland als ze worden gedwongen hun woning te isoleren.
Een andere sleutel in het omvormen van financieringsstromen ligt in de keuze voor de verdeling van publieke middelen. Innovatieprogramma’s zoals de topsectoren moeten direct aan de grote agenda gekoppeld worden. Transitiesectoren in plaats van topsectoren.
Nordic City – IABR Projectatelier Groningen. Bron / copyright: Van Paridon x De Groot / IABR.
Maar met alleen een pakket aan beleidsdoelen en regelgeving komen we er niet. De klimaatcrisis is namelijk ook een crisis van de verbeelding. Krachtige beelden geven een tijdperk dynamiek en maken grote projecten mogelijk. Het fossiele tijdperk had deze sterke beelden, denk aan roadmovies, de rocksongs, de vrijheid van het leven in de ‘suburbs’ met BBQ en een of meerdere auto’s. Maar meer en meer wordt duidelijk hoe zeer deze tijd niet een eindbeeld maar een tussentijd was. Een soort primitieve moderne tijd.
Het fossiele tijdperk heeft geleid tot ontstellend veel luchtvervuiling, smerig oppervlaktewater en eindeloze buitenwijken. Dat is genoegzaam bekend. De uitdaging is om nu niet meer na te denken over wat we zullen kwijtraken, maar vooruit te durven kijken en ons een voorstelling te maken van de positieve toekomst die voor ons ligt. Een gezonde en meer evenwichtige samenleving.
Neem de uitkomsten van het IABR-Atelier Groningen, the Nordic City, in de door aardbevingen getroffen regio Groningen. Die aardbevingen werden veroorzaakt door de gaswinning die de Nederlandse begroting decennia spekte. Maar deze baten vallen straks weg. En ondertussen lijdt de regio onder de aardverschuivingen, de onbedoelde gevolgen van de aardgaswinning. Het in samenspraak ontwikkelde perspectief van een Nordic City creëerde weer uitzicht op een positieve toekomst en bood een coalitie van actoren een oriëntatiepunt voor verder debat en besluiten.
Zoals de Groningse wethouder Roeland van der Schaaf hierover zei tijdens een van de Next Steps avonden op de IABR: “We moeten laten zien dat energietransitie niet zorgt voor achteruitgang. Het is geen stap terug. We moeten een positief verhaal vertellen, zodat we stappen vooruit gaan zetten.”
Beleidsmakers stellen zich tegenwoordig tevreden met een overheid die zich opstelt als facilitator. Ik zie echter niet in hoe dat overheidsmodel ervoor kan zorgen dat onze CO2-uitstoot met 95 procent wordt gereduceerd. Of zoals ontwerper en topambtenaar Henk Ovink het nog scherper stelde op de IABR: “Faciliteren is het failliet van de overheid.”
We zijn simpelweg verslaafd aan aardolie. En je krijgt verslaafden ook niet van de drank door ze enkel aan te raden naar een AA-bijeenkomst te gaan. Daar is een interventie voor nodig. De Energetic Odyssey liet zien dat zo’n interventie heel wel mogelijk is. Dat ook bestaande bedrijven hun business anders kunnen gaan zien. Door als overheid het voortouw te nemen, door te investeren en een coalitie te bouwen met andere overheden en bedrijven. Voortgestuwd door een wervend beeld, dat laat zien dat het echt kan, die post-fossiele samenleving.
Dit is ook precies wat de energietransitie in de Nederlandse ruimtelijke ordening nodig heeft. Krachtige verbeeldingen van een landschap zonder fossiel, maar met infrastructuur voor hernieuwbare energie. Dit betreft zowel nog niet bestaande toekomstbeelden zoals de Energetic Odyssey en Nordic City als spannende experimenten zoals Lombox in Utrecht die verder opgeschaald kunnen worden. Verbeeldingskracht is wat ik alle ruimtelijke professionals in Nederland zou willen toewensen. Durft verder te kijken, en benut de wervende kracht van de verbeelding!
—
Foto boven: An Energetic Odyssey gepresenteerd bij Shell (bron: IABR). Een eerdere versie van deze blog verscheen op de website van de IABR.
—
RUIMTEVOLK gaat beleidsmakers, adviseurs, onderzoekers, bestuurders en ondernemers daarbij ondersteunen. We bouwen momenteel in samenwerking met de ministeries van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken een programma en kennisnetwerk rondom dit thema.
Blijf op de hoogte van het kennisprogramma Energie en Ruimte en meld je aan voor het kennisnetwerk.
[gravityform id=”35″ title=”true” description=”true”]