John Kay beargumenteerd in the Financial Times waarom gelukkige steden saaie steden zijn. Zwitserland is volgens de VN het gelukkigste land ter wereld, gevolgd door IJsland, Denemarken, Noorwegen en Canada. Maar naast gelukkig delen ze nog een eigenschap: Het zijn relatief saaie landen. New York, Parijs, Londen, Barcelona en San Francisco laten je hart sneller kloppen, maar Adelaide en Toronto hebben die invloed minder. Er is duidelijk een groot verschil tussen een great city en een liveable city. Dit verschil zit hem volgens de auteur in de opkomst en neergang van het Modernisme, het rationalisme van Le Corbusier.
Veiligheid, hygiëne en goed openbaar vervoer zijn noodzakelijk voor een bevredigend leven, maar niet voldoende voor een bevredigend leven. Dat is waarom zo veel jonge mensen uit Melbourne of Toronto naar Londen of New York vertrekken op zoek naar de opwinding en creativiteit van deze grootse steden in plaats van de leefbare stad. John Kay haalt de psycoholoog Mihaly Csikszentmihalyi aan die onderzocht dat mensen het gelukkigst zijn als ze bezig zijn met een uitdagende taak en dat goed doen, zoals bijvoorbeeld kinderen opvoeden. Oftewel, een goed lieven is meer dan schoon water en treinen die op tijd rijden.
“In Italy for 30 years under the Borgias they had warfare, terror, murder and bloodshed, but they produced Michelangelo, Leonardo da Vinci, and the Renaissance. In Switserland they had brotherly love, they had 500 years of democracy and peacy, and wat dit that produce? The cuckoo clock.”
Foto boven: Adelaide by night (foto: Creolumen)