Noordoost-Groningse be(le)ving

17 september 2015  /  Florian Eckardt

Dit artikel komt uit het RUIMTEVOLK archief (2007-2017)

Architect Florian Eckardt bezocht deze zomer vrienden in Noordoost-Groningen. Zijn bezoek aan het gaswinninggebied en gesprekken met bevriende architect Geir Eide maakten de verstrekkende gevolgen van de aardbevingen in het gebied duidelijk. Een reisverslag.

Sinds 2012 kennen we de televisiebeelden van Groningse boerderijen met scheuren in het metselwerk als gevolg van de gaswinning, recentelijk aangevuld met beelden van minister Kamp, maar zelf was ik er nog niet gaan kijken. Op weg naar vrienden in Noordoost-Groningen rijd ik door het “Eerappellaand” met zijn veel bezongen leegte en passeer ik al enkele gasvelden. Het zijn grootschalige buizentracés achter omheiningen op weilanden. Ze zijn van tijdelijke aard maar onmiskenbaar aanwezig, alsof het Groningse land gemolken wordt.

Scheuren en busjes

Westeremden, het dorp waar mijn vrienden wonen, is een mooi oud dorp met een centraal gelegen wierde, een verhoging in het landschap. Een groene enclave met doorkijkjes naar de weilanden. Rustige straten, bakstenen huizen, idyllisch. Maar volgens mijn gastheren heeft ieder huis wel ergens schade. Een scheur in het metselwerk, een verzakking, iets dat uit het lood is geraakt. De busjes van de klussers zijn er bij gaan horen in het dorp.

Mijn vriend Geir Eide is, net als ik, architect. Zijn bureau heeft projecten ten gevolge van de verzakkingen in de regio. Maar hij kent ook de keerzijde: zijn eigen verbouwde kerk moest hij vorige zomer met zijn gezin evacueren, omdat het tongewelf na scheurvorming opnieuw gestuukt moest worden. Dat geeft een hoop onrust en een zeker gevoel van machteloosheid.

Het bureau van Eide is gevestigd in Loppersum, in een oud stationsgebouw. Het dorp met veel monumentale panden is de laatste tijd vooral bekend als epicentrum van de aardbevingen met veel schadegevallen. Maar ook de Fraeylemaborg in Slochteren, een prachtig Gronings borggebouw met slotgracht en Engelse landschapstuin, heeft de laatste tijd last van wijkende muren en verzakkingen waar vroeger geen sprake van was. Toch zijn er nergens grote protestborden, zoals je die wel zou verwachten: de Groningers zijn nuchter van aard. Ze laten het tot nu toe gelaten over zich heen komen.

Op weg naar het centrum passeren we een oud herenhuis dat op een wierde staat. Het huis staat in zijn geheel zichtbaar scheef en zal gesloopt moeten worden. De eigenaar krijgt dan een nieuw huis op dezelfde plek. Hij is niet de enige: er zijn meer mensen waarvan het bestaande huis herbouwd moet worden, geheel of ten dele. Zij wonen in oude huizen met karakter en veel ruimte en willen dat het liefst in oude glorie hersteld zien. Maar waar bijvoorbeeld het hele voorhuis herbouwd moet worden ontstaat altijd iets anders, dat misschien op het oorspronkelijke lijkt en voldoet aan de bouwregelgeving, maar het is het niet. “Wij hebben hier niet om gevraagd,” is een veel gehoorde uitspraak.

eckhart2

Veel gebouwen in Noordoost-Groningen hebben zichtbaar aardbevingsschade. Foto: auteur

Niet pragmatisch

Mede door de langdurige ontkenning van de problemen vanuit de regering en de NAM is de bereidheid tot een pragmatische schadeclaimafhandeling bij de Groningers beperkt, ze zien het niet als een kans tot verbetering maar als een bedreiging. Het is dus de kunst voor de architect om beide partijen, de huiseigenaar en het namens de NAM opererende Centrum Veilig Wonen, bij elkaar te brengen. Het ligt soms gecompliceerd: wat zijn de herbouwkosten van een groot stalgebouw of een monumentale boerderij, dat ligt toch anders dan bij een woning.

Het is bovendien gecompliceerd door de emotionele component van de scheurvorming in je thuis. Hier ligt een belangrijke rol voor de architect, het coachen van het traject. Dat is meer dan het invullen van een schadeformulier, er is ook de angst dat het allemaal nog erger wordt. Op veel plekken langs de weg staan al aannemersborden met “aardbevingsschade herstel”, maar de laatste beving is nog niet geweest.

Maar er zijn ook woningen zonder schade die niet aardbevingsbestand blijken, zoals de ‘Jarino-woningen’. Dat zijn woningen die het Groningse bouwbedrijf Jarino in de jaren 70 en 80 goedkoop gebouwd heeft in een bouwsysteem met weinig dwarsstabiliteit. Sommige daarvan kunnen versterkt worden, maar in Loppersum staan er 43 die gesloopt zullen moeten worden. Dan woon je in een straat met huizen zonder schade, en je moet toch weg omdat de boel in zou kunnen storten tijdens een aardbeving. Dat lijkt me ook geen geruststellend gevoel.

Woningmarkt

Ook de woningmarkt heeft last van scheurvorming: in wat sowieso al een krimpregio is, wordt het nu wel erg moeilijk om je huis te verkopen. Er kunnen nog wel 20 jaar nabevingen komen, wie stapt daar in? Schade aan je huis is één ding, maar de onzekerheid over wat komt, dat is nog een andere dimensie. Voorlopig kunnen huizenverkopers via de NAM-waarderegeling in Noordoost-Groningse gemeenten een compensatie aanvragen bij “aantoonbare lagere verkoopwaarde” van hun huis. Er komt na de zomer wel een nieuwe rapportage over de langdurige gevolgen van de gaswinning en de voorspelde kracht van toekomstige bevingen, het zoveelste “bevingsrapport”. Maar herstelt dat het vertrouwen?

Een gedachte die lokale ontwerpers en planologen, waaronder het netwerk Noorderstroom bezighoudt, is hoe je verder kunt denken dan alleen het herstel van de door de overheid te garanderen veiligheid op kosten van de NAM. Want tegelijkertijd is er de realiteit van de krimpregio. Herbouw zou een kans kunnen zijn om een typologie te realiseren die past bij de demografie van de huidige bevolking, of om te verdunnen. Maar dat vraagt veel van de lokale overheid en de NAM: het maakt de opgave complexer, het wordt ook een langer traject en er kan morgen weer een aardbeving komen.

Foto boven: In Westeremden heeft bijna iedere woning wel ergens schade. (Foto: auteur)

KrimpOost Groningen

Florian Eckardt Architect

Over de auteur

Florian Eckardt heeft samen met Elizabeth Nurre een architectenburo in Amsterdam gespecialiseerd in particuliere woningbouw.



Ook interessant:

Sociaaleconomisch beleid: wat kunnen provincies en gemeenten doen?

Maarten Allers

Een ruimte van verschil

Hans Teerds

Het platteland verandert sneller dan de stad

Anne Seghers