Bewoners die het niet eens zijn met de plannen van de gemeente en zelf met een alternatief komen voor de inrichting van de openbare ruimte. Het gebeurt steeds vaker dat bottom-up plannen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd. Bijvoorbeeld bij de Lange Vijverberg in Den Haag. Bewoners schakelden zelf een stedenbouwkundig bureau in om met een alternatief te komen voor de herinrichting van de monumentale laan. De gemeente ging akkoord met hun voorstel. In deel 1 van de nazomerserie over ‘bottom-up planning’ het proces door de ogen van de door burgers ingehuurde stedenbouwkundigen Dirk Verhagen en Dick van Veen.
Een ongebruikelijk telefoontje: Willem Jan Hoogsteder, eigenaar van kunsthandel Hoogsteder & Hoogsteder aan de Lange Vijverberg, belde de stedenbouwkundig bureaus Atelier Horizon en Urban Synergy met de vraag een alternatief ontwerp te maken voor de herinrichting van de monumentale straat de Lange Vijverberg die door de gemeente gepland was. Het leidde ertoe dat de raad het gemeentelijk plan terugtrok en het breder gesteunde alternatieve ontwerp goedkeurde.
De Lange Vijverberg is ontstaan in de 14e eeuw door het zand dat vrijkwam bij het graven van de Hofvijver. In de straat staan zeldzame 18de-eeuwse façades: het is de meest gefotografeerde plek in Den Haag. De monumentale panden staan in een groene omgeving, met oude laanbomen en zicht op een aantrekkelijke promenade langs de Hofvijver. De straat moet op de schop vanwege de komst van nieuwe Randstadrailvoertuigen.
In het oorspronkelijke ontwerp van de gemeente kwam de nieuwe tram en het overige verkeer dichter langs de gevels te rijden. Omwonenden, onder wie de Duitse ambassadeur, en ondernemers van de Lange Vijverberg keerden zich tegen de plannen van de gemeente, vanwege angst voor trillingen en verzakkingen van de panden, achteruitgang van het groene aangezicht van de straat en de verkeersonveilige situatie die zou ontstaan. Verschillende belangenorganisaties sloten zich aan bij dit verzet.
Tijd voor actie dus. Willem Jan Hoogsteder trok aan de bel en schakelde verkeerskundige / stedenbouwkundige Dick van Veen (Atelier Horizon) en stedenbouwkundig bureau Urban Synergy in. Hij vroeg de ontwerpbureaus om met een beter, alternatief plan te komen. Zo ontstond voor ons vakgebied een vrij bijzondere situatie, waarin particulieren de opdrachtgever werden voor de inrichting van de openbare ruimte.
De vraag voor een dergelijk professioneel advies is doorgaans alleen mogelijk als meerdere partijen of bewoners samen de kosten te kunnen dragen, zoals het geval was bij de Lange Vijverberg. In sommige gevallen is financiering van een extern bureau niet nodig, maar zetten bewoners hun eigen tijd en (professionele) expertise in. De vraag om extern professioneel advies is niet heel gebruikelijk. De gemeente werd niet betrokken bij het opstellen van dit plan. Ook was het in eerste instantie onduidelijk of er letterlijk voldoende ruimte was om een alternatief ontwerp te maken waarin belangen van alle belanghebbenden, van RandstadRail tot Fietserbond en van het Haags Historisch Museum tot de Adviesraad Monumentale Bomen, goed zouden zijn vertegenwoordigd en de ruimtelijke kwaliteit van de straat zou worden verbeterd.
In een eerste bijeenkomst in de galerie van Hoogsteder & Hoogsteder werden omwonenden, ondernemers en medewerkers van de residentie van de Duitse ambassadeur door de ontwerpers uitgenodigd om kennis te maken. Deze ontmoeting was van enorme waarde, zowel voor de belanghebbenden als de stedenbouwkundigen. Het gaf de ontwerpers inzicht in hoe de procesvorming met de gemeente was verlopen en ze hoorden wat pijnpunten en wensen waren van de omwonenden, ondernemers en andere belanghebbenden. Hieruit kwamen aanknopingspunten naar voren voor het maken van een beter ontwerp, reden om de opgave aan te gaan.
De omwonenden vonden een gemengde rijbaan/trambaan dichterbij de gevel problematisch. Fietsers, trams en autoverkeer moesten gebruik maken van dezelfde baan en het oversteken voor voetgangers naar de tramhalte werd gevaarlijk. Daarnaast zou door die aanpassingen de groenzone aan de Hofvijver weliswaar groter worden, maar het groene aanzien van de straat juist verminderen. Zij ambieerden een groenere uitstraling voor de straat, met behoud van bestaande monumentale bomen. Cruciaal was de uitkomst dat omwonenden en ondernemers geen behoefte hadden aan het behouden of toevoegen van parkeerplaatsen, terwijl daar in de oorspronkelijke ontwerpen wel vanuit was gegaan.
De eerste schetsen stemden hoopvol: de trambaan die in het gemeentelijk plan dichter naar de gevel geplaatst zou worden kon ingepast worden in de huidige autorijbaan langs de Hofvijver. Hierdoor ontstond letterlijk ruimte om een bomenrij langs de façades door te trekken, om groene bermen tussen de rijbanen te maken en om de afstand tussen tram en gevel te vergroten. Ook de ligging en vormgeving van de tramhaltes, een heikel punt waarbij strenge ontwerprichtlijnen gelden, werden geoptimaliseerd. Het ontwerp werd in een aantal bijeenkomsten afgestemd met omwonenden, belanghebbenden en medewerkers van de Duitse Ambassade en er ontstond draagvlak voor een nieuw plan. Dit werd gepresenteerd in de gemeenteraad, waarbij de wethouder aangaf verder te willen gaan met het ontwerp dat voorgesteld werd door de omwonenden, ondernemers en twintig belangenverenigingen.
Het plan werd verder uitgewerkt en de gemeente nodigde zowel de beide ontwerpbureaus, de bewoners en Duitse residentie uit om te participeren in het vervolgtraject. Bij deze vorm van co-creatie hoort een heldere overlegstructuur en goede communicatie naar alle partijen. Het was van te voren duidelijk welke vorm van inspraak gold: niet alleen meekijken, maar ook actief meedenken. Er werden kleine, separate ontwerp- en discussiebijeenkomsten georganiseerd om af te stemmen met de HTM, nood- en hulpdiensten, initiatiefnemer Willem Jan Hoogsteder en de Duitse residentie als ambassadeurs van de buurt. De vele input werd gestructureerd in een matrix waarin inzichtelijk werd gemaakt welke punten onoverkomelijk waren of bespreekbaar op aspecten zoals ruimtelijke kwaliteit, verkeersveiligheid, techniek en beheer. Willem Jan Hoogsteder onderhield contact met omwonenden over de verdere uitwerking en middels nieuwsbrieven werden alle partijen geïnformeerd over de voortgang.
Bij de eindpresentatie van het proces was de zaal opvallend leeg. Was dit dan allemaal toch een flater geweest? Nee, het proces bleek simpelweg zo goed doorlopen te zijn dat omwonenden er voldoende vertrouwen in hadden dat hun belangen behartigd waren en het eindproduct naar wens was. De verdere technische uitwerking gebeurt door de gemeente Den Haag. De uitvoering van het project start in het voorjaar van 2016, eind 2016 rijden de eerste nieuwe trams over de Lange Vijverberg.
Uiteindelijk is er een ontwerp opgesteld, waarin alle betrokken partijen zich konden vinden. Voor de gemeente is het geen sinecure om een ontwerp te maken waarin direct alle belangen zijn vertegenwoordigd. Als externe partij of ontwerpbureau is dit veel makkelijker omdat je geen belang hebt en het daardoor mogelijk is alle wensen en eisen van de verschillende partijen naast elkaar te zetten. Dit outsider-perspectief gecombineerd met een verbindende benadering bleek doorslaggevend om de partijen uit de loopgraven te halen. Gemeenten hoeven daarentegen niet bij alle planvorming via een extern bureau overleg te voeren met bewoners, maar kunnen dat ook zelf oppakken. Het is afhankelijk van de casus. Het inschakelen van een extern bureau als onafhankelijke partij kan helpen op het moment dat er een strijd is ontstaan tussen gemeente en bewoners. Bij veel projecten worden bewoners al vanaf het begin van een traject betrokken en verloopt de samenwerking met de gemeente goed.
Door in deze opgave vanuit deze verbindende benadering als eerste te onderzoeken wat de gedeelde waarden waren van alle belanghebbenden (niet alleen de directe opdrachtgever – in dit geval particulieren – maar ook die van de gemeente en HTM zelf) werden tot dan toe verdekte wensen en prioriteiten inzichtelijk gemaakt. Zo ging de gemeente er in eerste instantie vanuit dat de omwonenden geen groen en bomen voor de deur wilden omdat dit ten koste zou gaan van parkeren en uitzicht. Bovendien ging de gemeente gebaseerd op ervaringen in andere gebieden er vanuit dat parkeren als onmisbaar werd gezien. Dergelijke aandachtspunten komen slechts aan het licht door intensief met alle partijen in gesprek te gaan.
Bijzonder aan dit project was dat de omwonenden zelf initiator waren, dat het ontwerp door het college en de raad werd omarmd en de gemeente in samenwerking met bewoners en ontwerpbureaus verder is gegaan met de uitwerking van het plan. Dit verdient een enorme pluim, met name voor de gemeentelijke organisatie. Hoe moeilijk is het niet om het eigen ontwerp aan de kant te schuiven en met een nieuw idee verder te werken? Bovendien waren de omwonenden en ondernemers niet de alledaagse partners aan de ontwerptafel. Niet opgeleid in het vak, maar vol met kennis uit de praktijk, en dagelijkse gebruikers van het gebied. Uiteindelijk heeft het betrekken van de omwonenden niet geleid tot een compromisplan, maar juist een plan met veel meer ruimtelijke kwaliteit, voor álle gebruikers van de Lange Vijverberg.
—
Foto boven: Lijn 16 op de Lange Vijverberg, Gerard Stolk (Flickr/ CC BY-NC 2.0).
—
De nazomerserie ‘bottom-up planning’ is een drieluik van verhalen over situaties waarin bewoners het heft in eigen hand nemen en ageren tegen de plannen van de gemeente voor een stuk openbare ruimte. Deel 2 gaat over de inspanningen van initiatiefnemers in het Nieuwe Westen in Rotterdam, die na een jaar lang succes toch op weerstand bij de gemeente bleken te stuiten. Deel 3 beschouwt de resultaten van een onderzoek over bewonersparticipatie en beantwoordt de vraag: wat zijn de succesfactoren voor bottom-up planning door bewoners? Deel 2 en 3 worden deze en komende week gepubliceerd op RUIMTEVOLK.
Dick van Veen Verkeers- en stedebouwkundige
Dick van Veen is na zijn opleidingen Verkeerskunde en Stedebouwkunde aan de TUDelft (gereed in 2004, respectievelijk 2006) gestart met zijn bureau Atelier HORIZON. Daarnaast is hij senior ontwerper bij adviesbureau Mobycon. In zijn werk slaat hij actief een brug tussen de werelden van verkeer en ruimte. Dit leidt vaak tot grensoverschrijdende ontwerpvoorstellen, waarin zowel het functionele aspect als de ruimtelijke vorm op passende wijze verankerd zijn. Dick werkt aan herinrichtingsprojecten voor straten en pleinen door heel Nederland, maar ook steeds meer in de Verenigde Staten en Canada. Hij is van mening dat in een verkeerskundige wereld van richtlijnen en standaarden een focus op kwaliteit in ontwerp en 'placemaking’ slechts kans van slagen heeft wanneer er voldoende ingezet wordt op een participatief proces.
Dirk Verhagen Partner en stedenbouwkundige bij Urban Synergy
Dirk Verhagen is opgeleid aan de TUDelft en sinds 2007 partner en stedenbouwkundige bij Urban Synergy. In het bureau heeft hij gewerkt aan ontwerpen van openbare ruimte, (landschappelijke) inpassingsstudies en herstructureringsopgaven. Zijn passie ligt in het koppelen van ambities en belangen van bewoners, ondernemers, beleidsmakers en gebiedspartijen in een ruimtelijke oplossing. Naast zijn werk als stedenbouwkundige geeft Dirk lezingen over participatie in stedenbouw op diverse universiteiten en hogescholen. Vanaf 2009 werkt Dirk in een samenwerkingsverband met het Reitsma Stedebouw in team NieuwLandschap.