Terwijl minister Blok de woningcorporaties oproept weer terug te gaan naar hun core business, zouden alle belanghebbenden in de wijk juist méér moeten doen dan hun eigen taak. Banken, verzekeraars, politie, maatschappelijke instellingen, ondernemers en energiebedrijven hebben ieder hun belang in een veilige, gezonde, actieve en welvarende wijk. Door nieuwe samenwerkingsverbanden aan te gaan, met elkaar de verantwoordelijkheid te nemen en tot actie over te gaan, maken we de gebieden waarin we leven, wonen en werken meer waarde(n)vol. De netbeheerders mogen hier niet in ontbreken: energie is het nieuwe kapitaal.
Er is iets aan de hand in onze maatschappij. In plaats van het streven naar economische groei, werken we nu aan een optimale vorm van welvaart waarin maatschappelijke, fysieke en sociale waardecreatie naast economische winst komt te staan. Dit kantelpunt, dat sterk verbonden is met allerlei crises in ons land, manifesteert zich steeds duidelijker in de stedelijke gebieden en laat zien dat de huidige systemen zijn vastgelopen. Door de snelle groei van het energieverbruik per persoon en de industrialisatie van ontwikkelingslanden wordt de komende decennia een spectaculaire groei van de energieconsumptie verwacht. Om hieraan te kunnen voldoen wordt de oude brandstofmix vervangen door meer schone energiebronnen, zoals zon en wind. Deze energierevolutie heeft grote consequenties voor mobiliteit, transport, werk, wonen en leven.
Het doel van energieke gebiedsontwikkeling is niet slechts economische groei, maar duurzame waardecreatie.
Energieke gebiedsontwikkeling
Energieverbruik is sterk verbonden met het dagelijkse leven van stedelingen. Het is verweven met allerlei sociale, economische en ecologische aspecten van een gebouw, buurt of stad. Het is daarom onze overtuiging dat een energietransitie niet alleen noodzakelijk is, maar ook grote kansen biedt voor duurzame stedelijke ontwikkeling. In nieuwe gebiedsontwikkeling en de herontwikkeling van oude wijken liggen mogelijkheden om met innovatieve maatregelen het energieverbruik sterk te reduceren. Met het decentraal opwekken van energie kunnen gebouwen of hele buurten zelfs energieneutraal worden. Dit heeft zowel voor de hand liggende positieve milieueffecten als een grote sociale en economische impact. Een nieuw soort ruimtelijke ontwikkeling ontstaat, waarin het besparen en zelf opwekken van energie steeds belangrijker wordt. Deze gebiedsontwikkeling nieuwe stijl draagt bij aan het beschikbaar en betaalbaar houden van energie voor iedereen.
Voor nieuwe gebiedsontwikkeling, herontwikkeling, herstructurering of zelfs renovatie is vaak geen kapitaal meer beschikbaar. Er is echter volop behoefte aan nieuwe ruimtelijke ontwikkeling. Ter illustratie: bijna de helft van de Nederlandse woningvoorraad is gebouwd voor 1970 en een groot deel hiervan is van matige energetische kwaliteit. Dit geeft niet alleen hoge energielasten voor de bewoners, het is ook nog eens oncomfortabel en ongezond. Energiebesparende maatregelen, energie-efficiënte bouw en decentrale energieopwekking hebben een positieve business case, waarin investeringen zich op zowel maatschappelijk als financieel vlak terugverdienen. Zodoende kan energie gezien worden als het nieuwe kapitaal in gebiedsontwikkeling.
Duurzame waardecreatie
Het doel van energieke gebiedsontwikkeling is niet slechts economische groei, maar duurzame waardecreatie voor het hele gebied en dus ook meerwaarde op sociale én ecologische aspecten. Dit concept wordt toegepast in de Haarlemse wijk de Slachthuisbuurt. Deze vooroorlogse wijk bestaat voor het grootste deel uit kleine huizen van slechte kwaliteit. Ook kent de wijk problemen met de leefbaarheid. In de Haarlemse benadering zijn de lokale vraag en behoeften het uitgangspunt. Immers, eindgebruikers als bewoners en lokale ondernemers, en de wijze waarop zij hun wijk waarderen, bepalen of we uiteindelijk van duurzame waardevermeerdering kunnen spreken. Ook wordt een innovatieve methode gebruikt om het waardepotentieel in kaart te brengen. De wijk wordt als (sociale) business case benaderd. Waar zitten de belangen en waar zitten de middelen? Wie profiteren van een betere wijk? Deze duurzame winst moet ook voor nieuwe partijen een overtuigend argument zijn om mee te doen in gebieds(her)ontwikkeling. Want: wie investeert die incasseert.
De rol van het netwerkbedrijf
Een nieuwe partij zijn regionale netwerkbedrijven, zoals Alliander. Zij distribueren energie van A naar B en zijn de onafhankelijke schakel tussen producenten en gebruikers. In de oude situatie waren wij primair verantwoordelijk voor de aanleg, het onderhoud en het beheer van de energienetten. De huidige ontwikkelingen rondom decentrale opwekking, smart grids en elektrisch vervoer verlangen echter een nieuwe invulling van de rol van netbeheerder. Het netwerkbedrijf van de toekomst faciliteert en optimaliseert de energietransitie, zij is het kruispunt en de verbinder van energiestromen. De netbeheerder van de toekomst geeft collectieve initiatieven de ruimte om zich te ontwikkelen en stimuleert op deze manier de burgerbeweging.
Door deze trends en ontwikkelingen is gebiedsontwikkeling een belangrijke invalshoek geworden voor Alliander. Zodoende zijn wij sinds twee jaar als netbeheerder en als trekker betrokken bij het Haarlemse Watt voor Watt project. Onderdeel daarvan is de waarde-georiënteerde benadering van de Slachthuisbuurt, waarbij energiebesparing het vliegwiel is voor wijkverbetering. Met een consortium van lokale gebruikers, marktspelers en overheidspartijen wordt het energieverbruik teruggebracht door zowel technische maatregelen als voorlichting. Daarnaast wordt ingezet op toename van sociale cohesie in de wijk, verbeterd woongenot en comfort en de economische ontwikkeling van de wijk.
Conclusie
Wij zien dat naast de radicale transitie van het energiesysteem ook in de bouw en ruimtelijke ordening een grote innovatieslag nodig is. De wijk is een optelsom van allerlei kruisposten. Onze stelling is dat alleen een integrale aanpak, waar energie een noodzakelijk onderdeel in is, leidt tot de gewenste duurzame waardecreatie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de belangen die een zorgverzekeraar heeft bij een gezonde wijk, de politie bij een veilige wijk, de gemeente bij een actieve wijk en bedrijven bij een goede afzetmarkt. Al deze partijen zijn met elkaar verbonden door dat ene gemeenschappelijke doel: een betere wijk. Wij zien daarom grote kansen in nieuwe samenwerkingsverbanden, waarbij de verschillende stromen en processen in een wijk integraal worden benaderd. Door samen nieuwe vormen van kapitaal aan te boren, kunnen we die betere wijk ook daadwerkelijk realiseren. Zo gaan we van suboptimalisatie voor verschillende partijen, naar integrale optimalisatie voor de hele wijk.
—
Foto boven: Bouwvakkers aan het werk in het Watt voor Watt project in de Haarlemse Slachthuisbuurt (foto: Luuk van Hees)
Lisa de Visser Sociaal geograaf
Lisa de Visser is cum laude afgestudeerd met als afstudeertitel: Power to the people: sustainable area exploitation through energy conservation in households. Als sociaal geograaf opereert ze graag op het snijvlak van milieu, bedrijf, samenleving en overheid. Hierbij vindt Lisa het interessant om complexe maatschappelijke vraagstukken te analyseren en de belangen van veel verschillende stakeholders hierin te doorzien. Achtergrond: MSc Economic Geography, Radboud Universiteit Nijmegen.
Remko Cremers Projectmanager
Vanuit Alliander Energiebesparing projectmanager Watt voor Watt te Haarlem. Chief Collaboration Officer. Werken is voor mij altijd samen. Door te inspireren, motiveren en zelf het goede voorbeeld te geven lopen of rennen we samen de weg er naar toe. Gewoon Doen! Mijn motto is dan ook: Betrekken, Beleven, Bewegen. Achtergrond: Master of Business Administration (RuG)