Bloemendalerkolder

12 februari 2013  /  Vincent Kompier

Dit artikel komt uit het RUIMTEVOLK archief (2007-2017)

De beslissing om de Bloemendalerpolder tussen Weesp en Muiden te bebouwen is een historische fout. De aantrekkelijkheid van de Metropoolregio Amsterdam gaat er door achteruit en de verRijnmondisering van de Metropoolregio is een feit. Toch is het nog niet te laat. Als ruimtelijk ordenaar kun je namelijk nog steeds kiezen: of meewerken aan aanbodgerichte, oldskool gebiedsontwikkeling, of je kijkt naar wat de toekomst van jou als ruimtelijk ordenaar vraagt. 

Het went nooit. Vanaf Amsterdam treinend over de spoorbrug over het Amsterdam-Rijnkanaal ligt ze daar, in al haar weidsheid: de Bloemendalerpolder. Ruimte zover je kan kijken, groen tot je zelf groen ziet. Met daarboven datgene wat het landschap zo mooi maakt: Hollandse luchten. Dit 17de eeuwse veenweide-cultuurlandschap tussen Weesp en Muiden langs de rivier de Vecht dat onderdeel is van de Oude Hollandse Waterlinie gaat bebouwd worden met de zoveelste middelmatige woonwijk. Waar steden als Londen en Parijs zones rondom de stad consequent vrij houden van bebouwing wordt in Nederland de open ruimte rond de “Metropool” Amsterdam stukje bij beetje opgeofferd voor woningen en recreatie. De verRijnmondisering van de Metropoolregio Amsterdam, een lukraak aan elkaar gegroeide koek van woonwijken en bedrijfsterreinen die niets met elkaar te maken hebben, is een feit.

Ruimtelijk raamwerk

Niet waarmaken
De Bloemendalerpolder maakt deel uit van de groene scheg die vanuit het Gooi tot aan Amsterdam doordringt. Of beter: doordrong, want de gemeente Diemen heeft in de jaren negentig besloten de polder Diemen-Noord als onderdeel van deze scheg te bebouwen. We kunnen ons verkneukelen om het predicaat dat deze wijk na nogal wat crimineel mitrailleurlawaai inmiddels heet: Diemen Moord. Maar het open landschap krijg je er niet mee terug.

Lang is de Bloemendalerpolder gevrijwaard van bebouwingsplannen. Al in de jaren negentig wordt door politici met bebouwen van de polder gedreigd, mocht de bouw van IJburg niet doorgaan. Tot aan de Vijfde Nota was de polder onderdeel van de rijksbufferzone Amstelland-Vechtstreek en het Groene Hart. Dan oppert in 2001 de provincie Noord-Holland in de polder te gaan bouwen. Ook Amsterdam doet een duit in het zakje en wil er 5.000 woningen bouwen – vier jaar nadat tot aanleg van IJburg is besloten. Het Rijk maakt ’t zaakje in 2002 af: besloten wordt om in de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening de Bloemendalerpolder uit het beschermende planologische regime van het Groene Hart te halen. Et voilá 2013: IJburg is in aanbouw en met de bouw van 2.350 woningen in de Bloemendalerpolder wordt medio 2016 begonnen.

De ontwikkeling is een schoolvoorbeeld van hoe gebiedsontwikkeling niet moet. Sinds bekendmaking dat er gebouwd mocht gaan worden schoten de grondprijzen de hoogte in. Projectontwikkelaars kochten de polder op. De gebeurtenissen sindsdien zijn treffend beschreven in een NRC-artikel met als titel “Ambitieus voorbeeldproject drijft grondprijzen op”. Zelfs het keurige damesblad Libelle heeft over de verwikkelingen in de polder geschreven. Deze plangeschiedenis lijkt uniek voor de Bloemendalerpolder, maar is het niet. Het laat zien dat Nederlandse planologen, stedenbouwers, ontwikkelaars, provincies en gemeentes zich blijven gedragen als een stel kleine kinderen dat telkens op een leeg vel een mooie nieuwe tekening wil maken. Niks bestaande stad inkleuren of afmaken. Dat is te ingewikkeld en kost te veel geld.

 

Trends
Inmiddels worden keuzes uit het verleden door het heden ruim ingehaald. Bestaande steden schreeuwen om nieuwbouw. En zeker niet alleen in de overbekende huisje-tuintje-vorm, maar om nieuwbouw in hoge dichtheid. Daar is behoefte aan; ik heb althans nog geen klachten gehoord over de hoge woningdichtheid op het Westerdokseiland in Amsterdam, of over het met gezinnen bevolkte autovrije Funenpark (dichtheid meer dan 150 woningen per hectare). Die gezinnen verruilen steeds minder de stad in voor iets ruims in het groen. Tel daarbij de trend van afnemend autobezit en iedereen kan zien wat voor een achterhaald plan er voor de Bloemendalerpolder ligt. Want wat stelt het Ruimtelijk Kader? Oubollige lege termen als: “kwalitatief hoogwaardig”, “integrale benadering” , “duurzaamheid“, “beeldregie” en “een uniek landelijk woon- en recreatiegebied middenin de Randstad”. De kans om kwalitatief hoogwaardig vanuit duurzaamheid en beeldregie integraal en evenwichtig van deze open polder in de Randstad af te blijven is verkeken.

Negatieve locatiekenmerken
Daarbij kruipt ook nog een dikke adder onder het gras vandaan: de polder ligt onder een van de drukste aanvliegroutes naar Schiphol. Ontwikkelende partijen hebben in gewichtige convenanten afgesproken dat dit ‘gecommuniceerd’ gaat worden naar de (toekomstig) bewoners. Daar komt nu al niets van terecht, gezien de tekst op de site nieuwbouw Weesp, die met geen woord rept over de laagovervliegende Boeings. De plannen worden door de gedeputeerde van Noord-Holland zelfs “een testcase voor de ontwikkeling van nieuwe woningbouwlocaties in en rondom de regio Schiphol” genoemd. Zelf woon ik liever in een woning die met verstand (en een beetje liefde) ontwikkeld is, in plaats van in een testcase. Wijlen stedenbouwkundige Dirk Frieling had in 2010 volledig gelijk: “Volgens mij hoort de recente geschiedenis van de Bloemendalerpolder tot de zwarte bladzijden van de ruimtelijke ordening in Nederland, met de aanwijzing ervan als voorbeeldproject van gebiedsontwikkeling als cynisch dieptepunt”

‘Ja, maar…’ hoor ik U tegengas geven, de plek ligt toch strategisch, zo dicht bij station Weesp, langs autosnelweg A1? Jawel, en die wordt verbreed tot twaalf – op sommige plekken tot zestien- rijstroken, met meer dan 300.000 auto’s per dag. Met viaducten van zestien meter hoog. In de plannen keurig afgeplant met een schaambos waarvan te hopen is dat het de zestienbaans autoweg aan het oog en oor zal onttrekken. Bos in een polder, op zich al kolder. De door ontwikkelaars afgedwongen woningdichtheid van gemiddeld 25 woningen per hectare zal ook niet direct tot een stormloop richting station Weesp leiden.

 

Ontpolderen
Is de ontwikkeling van de Bloemendalerpolder de laatste stuiptrekking van de ouderwetse grootschalige gebiedsontwikkeling? Te groot, te langdurig, te veel partijen, te ingewikkeld en ook nog op de verkeerde plek? Dat is te hopen. Te stoppen is het niet meer, al was het maar omdat de provincie zelf is aangehaakt aan de ontwikkeling: die zal het niet-bebouwen niet ter discussie stellen. Troost biedt de uitspraak van de Amerikaanse documentairemaker Douglas Rushkoff die in de VPRO-uitzending Tegenlicht Gaten in de markt zei: “we kunnen de grote (Amerikaanse) bedrijven hun macht afnemen. Niet door tegen ze te vechten, maar door langzaam maar zeker onze activiteiten in eigen hand te nemen…. en dingen voor elkaar te doen”.

Daarom doe ik een beroep op de vakprofessionals. Die Bloemendalerpolder: werk er niet aan mee. Niet door je abonnement op Van Wijnen Groep, Bouwfonds Ontwikkeling, Blauwhoed Eurowoningen of Delta Lloyd Vastgoedontwikkeling et cetera op te zeggen. Of door de provinciale verkiezingen over te slaan. Maar door op morele gronden als ruimtelijk ordenaar niet aan het bebouwen van de Bloemendalerpolder mee te werken. Laat anderen dit zaakje klaren. Zo blijft je Curriculum Vitae schoon, groen en onbesmet. En bestaat de kans dat je later hopelijk tegen je (klein-)kinderen kan zeggen: “zie je die mooie, weidse, open, groene polder? Daar heeft papa/mama nog aan meegewerkt”.

 

Alle afbeeldingen zijn afkomstig uit het ‘Definitief Ruimtelijk kader Bloemendalerpolder‘ (November 2012). Het ruimtelijk kader Bloemendalerpolder is opgesteld in opdracht van de publiek-private stuurgroep Bloemendalerpolder. Het ruimtelijk kader is tot stand gekomen door een intensieve samenwerking met de projectgroep Bloemendalerpolder, Atelier Dutch, Strootman landschapsarchitecten en werkgroepen waar vertegenwoordigers van de betrokken publieke en private partijen deel van uit maakten.

Op 13 februari vindt in Amsterdam een symposium plaats over het ‘Bloemendalerpoldermodel’

AmsterdamBloemendalerpolderDiemenWoningmarkt

Vincent Kompier Urbanoloog en publicist

Over de auteur

Vincent Kompier is urbanoloog en publicist en werkt vanuit zijn bureau textoer aan stedelijke vraagstukken



Ook interessant:

Maak bedrijventerreinen klaar voor de (circulaire) toekomst

Cees-Jan Pen

Stel de energieopgave centraal in omgevingsbeleid

Jeroen Niemans

Schipperen tussen grote opgaven en lokale oplossingen

Jeroen Niemans