Nederlanders zijn echte groen-fans. Ook al woon je in de stad, je wil altijd snel in het groen zijn. Toch zijn lang niet alle stadsparken even populair. Herinrichting blijkt vaak noodzakelijk, maar hoe waarborg je toekomstig gebruik? In dit artikel drie succesvolle voorbeelden van ‘groene participatie’. Van samen ontwerpen tot adoptie van een boom: gemeenten worden steeds creatiever.
Net zo groot als het Vondelpark, maar nauwelijks gebruikt. Het Bijlmerpark in Amsterdam Zuid-Oost werd jarenlang gemeden, behalve één keer per jaar tijdens het populaire Kwakoefestival. Met name het oostelijke deel van het park was ‘woeste natuur’ en erg onguur, aldus buurtbewoners. Daar moest je niet komen! Stadsdeel Zuidoost maakt echter een grootscheeps plan voor vernieuwing. Het Bijlmerpark wordt de kroon op de nieuwe Bijlmermeer. Gevarieerd, uitnodigend en vooral: veilig. Dat zijn de trefwoorden van het ontwerp voor het nieuwe park van Mecanoo. Nieuwbouw van woningen langs de randen moet zorgen de ‘ogen op het park’. Middenin komen sportvelden, met goed verlichte wegen en fietspaden ernaar toe. Het oostelijk deel blijft een natuurlijker gebied, maar dan wel goed onderhouden. De werkzaamheden zijn volop in gang en het nieuwe park wordt in 2011 in gebruik genomen.
Omarmen
Een aantrekkelijk plan, maar hoe krijg je omwonenden zo ver dat ze het park weer omarmen? Stadsdeel Zuidoost volgt daartoe twee sporen. Het eerste: participatie. Zo hebben kinderen en jongeren een grote stem in de inrichting van het hart van het park: de esplanade. Hier komen sport- en spelvoorzieningen Wat zouden kinderen en jongerenhier willen doen? Stadsdeel Zuidoost vroeg het hen zelf. Werkstukken, maquettes, tekeningen, excursies, film, debatavonden: op allerlei manieren zijn ideeën ingebracht. Inbreng die diende als startpunt voor het ontwerp. Opvallende uitkomst: kinderen van alle leeftijden vroegen om veiligheid en toezicht. Een schone plek met afvalbakken, een WC en drinkwater.
De betrokkenheid van de kinderen hielp om de informatie over het nieuwe park zo goed mogelijk thuis te laten landen. En het participatietraject gaat hand in hand met een intensieve promotiecampagne: het tweede spoor.
Gemeenten worden steeds creatiever in de manier waarop zij bewoners een stem geven in de herinrichting van groengebieden. Van tekenwedstrijden tot open planproces, van social green community tot het adopteren van een boom: allerlei middelen worden ingezet om bewoners te betrekken. Met recht. Door ‘groene participatie’ wordt het park afgestemd op de wensen van de doelgroepen én toekomstige gebruik gewaarborgd. Je versterkt de binding met het park – en daarmee de buurt. Zeker wanneer de verantwoordelijkheid voor beheer ook bij bewoners blijft. Zo blijkt ook uit de aanpak van Mheenpark, in de naoorlogse wijk Zevenhuizen in Apeldoorn. Dit park wordt na een lange vergeten tijd weer volop gebruikt. Dankzij betrokkenheid van bewoners bij bepalen van randvoorwaarden, ontwerp én beheer. Want is het park eenmaal mooi ingericht, de kunst is het zo te houden. Buurtbewoners hechten aan de mooie nieuwe groenplaats en blijken bereid hier tijd in te investeren en zorgen voor onderhoud en beheer.
Interessant aan het Mheenpark is de methodiek die is gebruikt, namelijk het spel The Making Of van Bureau Venhuizen. Aan de hand van dit spel zijn de randvoorwaarden voor herinrichting samen met bewoners bepaald. Wat zijn belangrijke bestaande kwaliteiten en wenselijke toekomstige ontwikkelingen? Deze respectievelijke ‘fenomenen’ en ‘opdrachten’ bepaalden de ontwerpopgave voor het park. De crux van dit spel is dat je niet met je eigen ideeën aan de slag gaat, maar met een specifieke combinatie van een ‘opdracht’ en een ‘fenomeen’. Je moet bijvoorbeeld een jaarlijks terugkerend dagevenement bedenken (‘opdracht’), die tegelijkertijd de veiligheid bevordert (‘fenomeen’). Dit maakt dat je verder kijkt dan je eigen wensen.
Adopteren
Dat participatie ook op een hoger schaalniveau kan werken, bewijst de gemeente Haarlemmermeer. Haarlemmermeerders kunnen op dit moment een plant adopteren: eerst in de eigen achtertuin groot brengen, straks een plekje geven in het nieuwe Park21: een groot metropolitaan park tussen Hoofddorp en Nieuw-Vennep van maar liefst 1.000 hectare. Een gebied waar straks 7 dagen per week, 24 uur per dag en het hele jaar door van alles te doen is, aldus de plannenmakers (zie www.park21.info).Tijdens de Dag van het Park op 31 mei jongstleden deelde de gemeente maar liefst 700 planten uitover . Een slimme manier van promotie en ‘bonding’. Maar de participatie gaat veel verder. Bewoners en geïnteresseerden konden vorig jaar ‘kiezen’ uit drie landschapsontwerpen. Kiezen tussen aanhalingstekens, want de uiteindelijke keuze lag bij de gemeenteraad. Maar liefst 1.500 mensen hebben een stem uitgebracht en de gemeenteraad kon de stem van zoveel kiezers natuurlijk niet naast zich neer leggen. Het ontwerp van de meeste stemmen – van Vista Landscape and Urban Design – won en wordt op dit moment verder uitgewerkt.
De participatie ging echter al ruim voor deze stemronde van start. In de vorm van brainstormgesprekken met stakeholders, ondernemers en expertmeetings met agrariërs. Het park is nu grotendeels nog agrarisch gebied: wat zijn nieuwe kansen voor bijvoorbeeld stadslandbouw, waarin het agrarisch bedrijf een meer publieke functie krijgt? Ook heeft de gemeente de recreatiewensen van haar inwoners onderzocht. Samen met de ANWB en zijn hiertoe de dorps- en wijkraden uit de Haarlemmermeerse dorpen geconsulteerd. Eveneens werden diverse (vak)debatten georganiseerd, zoals het debat ‘Large Parks’. Eind vorig jaar kon trouwens weer gestemd worden; Park21was genomineerd voor de Mooi Nederland Prijs. De vijfde plaats is toch een mooie score voor een park dat alleen nog maar bestaat op papier, nietwaar?
—
Afbeeldingen: De drie planlagen van het ontwerp voor Park21 van Vista Landscape and Urban Design laag 1: polder laag 2: park laag 3: leisure